Afsluitend een overzicht van de methoden van voedselconservering door de vroegmiddeleeuwse Slaven, Vermeldenswaard is het gebruik van lage temperatuur in dit proces, dat wil zeggen over koelen of bevriezen. Terwijl het in de winter gemakkelijk was om deze techniek toe te passen – het was voldoende om het gejaagde wild buiten de hut in de sneeuw en in de kou te laten staan – in de zomer was het veel moeilijker. Er zijn echter pogingen ondernomen om dit probleem op te lossen met behulp van speciaal aangepaste grondputten en ijs dat zich in de winter heeft opgehoopt. En als we weer naar traditie verwijzen, misschien herinneren sommigen van ons zich de unieke smaak van melk – zoet of zuur – die in voormalige boerderijen de gastvrouw bewaarde in potten ondergedompeld in koud water in houten putten.
Middeleeuwse koelkasten.
Daarover, die lage temperatuur bewaart voedsel, Ik denk dat de paleolithische jagers het al wisten. Deze methode was gemakkelijk toe te passen in de winter, maar wat de Slaven moesten doen in de warmere seizoenen? We hebben koelkasten… Het blijkt, dat ze in de vroege middeleeuwen ook hadden kunnen zijn! Het was genoeg om een gat in de grond te graven, bedek het met ijsklontjes die in de winter zijn verkregen, leg het vlees daar en dek het goed af. Een meer technologisch geavanceerde middeleeuwse "koelkast" werd ontdekt in Toruń, in de overblijfselen van een 14e-eeuwse kelder. In de grondkuil is een houten kist gebouwd, en een "koelkamer" van twee verticaal geplaatste staafvaten werd erin geplaatst. Het was voldoende om de ruimte tussen de wanden van de doos met ijs te vullen en de koelkast was klaar! Maar net als in koelkasten vandaag – in tegenstelling tot diepvriezers – het zou eerder kunnen worden gebruikt om producten op te slaan die bedoeld zijn voor consumptie in de niet al te verre toekomst.
